De oproepkracht

De oproepkracht

Het oproepcontract lijkt een aantrekkelijke optie voor de ondernemer die flexibel wil opereren. De waarheid is echter dat de politiek ervoor heeft gekozen om werknemers meer werk- en inkomenszekerheid te bieden. Dat heeft geresulteerd in forse beperkingen bij het inhuren van oproepkrachten. En die beperkingen leiden tot een flinke organisatorische en administratieve rompslomp. Als je de (best ingewikkelde) regels niet naleeft, loop je kans op flinke loonvorderingen, die tot vijf jaar kunnen teruggaan. 

Hieronder geef ik een korte samenvatting van de belangrijkste regels waar je je aan moet houden bij oproepkrachten, verdeeld over de volgende onderwerpen:

Blijf op de hoogte!

Ik publiceer regelmatig over deze en andere arbeidsrechtelijke onderwerpen. Je blijft automatisch op de hoogte als je me volgt op LinkedIn

Wat is een oproepcontract?

We spreken van een oproepcontract als de arbeidsomvang niet is vastgelegd als één aantal uren per week of per maand. Ook is sprake van een oproepcontract als de arbeidsomvang is vastgelegd over een langere periode dan een maand en géén vaste maandelijkse beloning is afgesproken. Tot slot bepaalt de wet dat sprake is van een oproepcontract als de werknemer geen recht heeft op loon wanneer hij niet werkt.

Een oproepcontract kan tijdelijk of voor onbepaalde tijd worden aangegaan (hier lees je daar meer over). Verder kan sprake zijn van een nulurencontract of van een min-maxcontract.

Beperkende regels

De volgende regels beperken de mogelijkheid om een oproepcontract te sluiten:

  • De werkgever is verplicht om de werktijden ten minste vier dagen van tevoren schriftelijk of elektronisch aan de werknemer bekend te maken (de geplande werkdag telt daarbij niet mee). De termijn kan bij CAO worden verkort. Bij een niet-tijdige oproep is de werknemer niet verplicht gehoor te geven aan de oproep
  • Indien de werktijden niet vooraf bekend zijn en door de werkgever worden vastgesteld dan moet in de overeenkomst een bepaling worden opgenomen over zogenaamde referentie-uren en referentiedagen. Dat zijn de tijdstippen waarop de werknemer verplicht is gehoor te geven aan een tijdige en op de juiste wijze gedane oproep. Buiten die tijden is de werknemer niet verplicht gehoor te geven aan oproepen.
  • Als de werkgever een (geldige) oproep tijdig heeft gedaan maar deze later intrekt, dan behoudt de werknemer recht op loon over de betreffende uren. Dat geldt ook bij een wijziging van de oproep. Stel dat de werknemer aanvankelijk was opgeroepen voor werk van 12u tot 16u en dat wordt veranderd in 14u tot 18u, dan heeft de werknemer recht op 6 uur loon.
  • Voor iedere periode van minder dan drie uur waarin de werknemer arbeid heeft verricht heeft hij recht op drie uur loon.
Verplicht aanbod vaste arbeidsomvang na twaalf maanden

Telkens wanneer het oproepcontract twaalf maanden heeft geduurd, moet de werkgever de oproepkracht een vaste arbeidsomvang aanbieden, dat tenminste gelijk is aan de gemiddelde omvang van de arbeid in de afgelopen twaalf maanden.

Het aanbod moet schriftelijk (of elektronisch) worden gedaan binnen één maand na het verstrijken van de periode van twaalf maanden. De ingangsdatum van het aanbod moet uiterlijk op vijftien maanden na aanvang van het contract liggen.

Regeringsplannen

Het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid werkt aan een nieuwe regeling die flexibele uren contracten nog verder zal inperken. In de Voortgangsbrief d.d. 3 april 2023 van de Staatssecretaris aan de Tweede Kamer is hierover te lezen:

“Werknemers met een oproepcontract krijgen meer inkomens- en roosterzekerheid. Oproepcontracten, zoals nuluren- en de huidige min- /maxcontracten, schaffen wij af. In plaats daarvan komt er een basiscontract. Werknemers krijgen binnen een basiscontract zekerheid over het minimaal aantal uren dat zij worden ingezet. En daarmee ook over het minimale inkomen in een periode. Werknemers moeten in een basiscontract wel een aantal uren boven het aantal minimale uren beschikbaar blijven voor de werkgever. De bandbreedte zal met een hard percentage (130 procent van het minimaal aantal uren) worden vastgesteld. Om werknemers meer roosterzekerheid te bieden, krijgt de werknemer daarbij het recht om buiten deze vooraf bepaalde en vastgelegde beschikbare uren de oproep te weigeren.”

Zodra het tot daadwerkelijke wetswijzigingen komt, dan breng ik je daarvan op de hoogte als je me volgt via LinkedIn.

Bart Sanders | Met mij sta je sterker in het arbeidsrecht
Relevante Arbeid Blogs:
geld
Aanbod vaste arbeidsomvang oproepkracht
Wie met oproepkrachten werkt, moet deze telkens na 12 maanden een aanbod doen voor een vaste arbeidsomvang....
regels
Oproepkrachten en de NOW: het dilemma
Het lijkt voor werkgevers aantrekkelijk om loon van oproepkrachten niet of slechts gedeeltelijk door...